Om het vastgoedfonds en andere beleggers te beschermen hanteren we een uitstaptermijn. Het kan zijn dat wanneer er een aantal (grote) beleggers op hetzelfde moment uitstappen, wij vastgoed moeten verkopen om u te kunnen uitbetalen.

De uitstaptermijn is tot en met € 100.000: 3 kalendermaanden, van € 100.001 tot 500.000: 6 kalendermaanden en vanaf € 500.001 is dit 12 kalendermaanden.

Het resultaat is een vermenigvuldiging van de potentiële opbrengsten van het door de beleggers ingelegde geld. Tegelijkertijd vermenigvuldigd de hefboomfinanciering ook het potentiële neerwaartse risico.

De vastgoedfondsen van SynVest maken gebruik van een hefboomwerking. In plaats van alleen certificaten (eigen vermogen) uit te geven, trekken de SynVest fondsen leningen aan bij bijvoorbeeld banken (vreemd vermogen) om in vastgoed te investeren. Het doel van het gebruik van de leningen is een hefboomwerking waarbij het rendement op het eigen vermogen wordt vergroot. Daarnaast biedt het financieren met leningen de mogelijkheid een grotere portefeuille samen te stellen met een betere risicospreiding. De mate waarin een vastgoedfonds van SynVest gebruik maakt van een hefboom kunt u lezen in het betreffende prospectus in de paragraaf “Beleggingsstrategie”.

Voorbeelden van de hefboomfinanciering

Met het navolgende voorbeeld kan de hefboomwerking worden geïllustreerd. Er wordt uitgegaan van twee fondsen met een eigen vermogen van € 50 mln. Het eerste fonds heeft geen hefboom en financiert het vastgoed alleen met eigen vermogen. Het tweede fonds heeft een hefboom van 50% en financiert het vastgoed met evenveel eigen als vreemd vermogen. Beide fondsen beleggen in vergelijkbaar vastgoed met een gemiddelde koopprijs van € 5 mln. Het gemiddeld aanvangsrendement bedraagt 8% en de gemiddelde kosten bedragen 40% van de huurinkomsten.

In de voorbeelden wordt berekend wat het directe rendement en het indirecte rendement is van beide voorbeeldfondsen voor de gevallen waarin de waarde van het vastgoed gelijk blijft, met 10% in waarde stijgt en 10% in waarde daalt. Het directe rendement is het resultaat dat kan worden uitgekeerd aan de beleggers. Het indirecte rendement betreft de waarde ontwikkeling van het vastgoed.

  1. Fonds zonder hefboom

Het totaal te beleggen vermogen is gelijk aan het eigen vermogen, € 50 mln. Met dit bedrag worden door het fonds tien panden gekocht.

Eigen vermogen

50.000.000

 

 

Vreemd vermogen

-

 

 

Totaal vastgoedbeleggingen

50.000.000

 

 

 

Geen waarde mutatie

+10%

-10%

Jaarlijkse huurinkomsten

4.000.000

4.000.000

4.000.000

Kosten

-/-1.600.000

-/-1.600.000

-/-1.600.000

Rentelasten

-

-

-

Resultaat voor waarde mutatie

2.400.000

2.400.000

2.400.000

Waarde mutatie vastgoed

-

5.000.000

-/-5.000.000

Resultaat

2.400.000

7.400.000

-/-2.600.000

Direct rendement

4,8%

4,8%

4,8%

Totaal rendement

4,8%

14,8%

-5,2%

 

  1. Fonds met hefboom

Het totaal te beleggen vermogen is gelijk aan het eigen vermogen vermeerderd met  een even groot bedrag aan vreemd vermogen. Het totaal te beleggen vermogen bedraagt derhalve € 100 mln. Met dit vermogen worden door het fonds twintig panden gekocht. De rente op de leningen in dit voorbeeld bedraagt 3,6%.

Eigen vermogen

50.000.000

 

 

Vreemd vermogen

50.000.000

 

 

Totaal vastgoedbeleggingen

100.000.000

 

 

 

Geen waarde mutatie

+10%

-10%

Jaarlijkse huurinkomsten

8.000.000

8.000.000

8.000.000

Kosten

-/-3.200.000

-/-3.200.000

-/-3.200.000

Rentelasten

-/-1.800.000

-/-1.800.000

-/-1.800.000

Resultaat voor waarde mutatie

3.000.000

3.000.000

3.000.000

Waarde mutatie vastgoed

 

10.000.000

-/-10.000.000

Resultaat

 

13.000.000

-/-7.000.000

Direct rendement

6%

6%

6%

Totaal rendement

6%

26%

-/-14%

Uit de voorbeelden komt naar voren dat de portefeuille van het fonds met hefboom groter is en dat het resultaat wordt versterkt door de hefboomfinanciering. Dit geldt voor zowel het positieve als negatieve resultaat. De potentiële opbrengsten nemen toe maar tevens de risico’s.